OR-Cursus.com - voor alle OR trainingen!

Categorieën
Samenstelling en werkwijze van de ondernemingsraden WOR

Art 21 WOR

Een bericht over artikel 21 van de Wet op de Ondernemingsraden. In dit bericht vind je de volledige tekst van dit wetsartikel en daaronder een toelichting op het wetsartikel.

Hieronder tref je de volledige tekst van, art 21 WOR, artikel 21 wet op de ondernemingsraden.

De ondernemer draagt er zorg voor, dat de in de onderneming werkzame personen die staan of gestaan hebben op een kandidatenlijst als bedoeld in artikel 9, alsmede de leden en de gewezen leden van de ondernemingsraad en van de commissies van die raad niet uit hoofde van hun kandidaatstelling of van hun lidmaatschap van de ondernemingsraad of van een commissie van die raad worden benadeeld in hun positie in de onderneming. Indien de ondernemer aan de ondernemingsraad een secretaris heeft toegevoegd is de eerste volzin op die secretaris van overeenkomstige toepassing. Op degene die het initiatief neemt of heeft genomen tot het instellen van een ondernemingsraad is de eerste volzin van overeenkomstige toepassing. De ondernemingsraad, alsmede iedere in de onderneming werkzame persoon als in de eerste tot en met derde volzin bedoeld, kan de kantonrechter verzoeken te bepalen dat de ondernemer gevolg dient te geven aan hetgeen in de eerste tot en met derde volzin is bepaald. Ten aanzien van personen die krachtens publiekrechtelijke aanstelling in de onderneming werkzaam zijn, treedt een andere kamer van de rechtbank in de plaats van de kantonrechter.

Toelichting op art 21 WOR

Mag een OR-lid of een kandidaat OR-lid benadeeld worden?

Een OR-lid of kandidaat OR-lid mag niet benadeeld worden krachtens art 21 WOR. Dit geldt ook voor commissie leden en degenen die de OR hebben opgezet. Mocht je het gevoel hebben, dat je wordt benadeeld, dan kun je naar de kantonrechter gaan, om je recht te halen. Alleen als je krachtens een publieke aanstelling werkzaam bent, dan kun je bij een andere rechter terecht. Maar sinds de invoering van de WNRA op 01-01-2020 zijn bijna alle ambtenaren niet meer werkzaam op basis van een publiekrechtelijke aanstelling, maar een civielrechtelijke en kunnen daarom ook bij de kantonrechter hun recht halen.